Basisbereikbaarheid 'Zonderhaltestraat'

Wellicht las je het wel al in de krant of zag je het op tv. Het mobiliteits- en openbaarvervoersverhaal in Vlaanderen zal grondig wijzigen. Basisbereikbaarheid heet het nieuwe model. Her en der verschijnen negatieve berichten: over De Lijn, over haltes die verdwijnen, over zorgen in landelijk gebied… Ondanks nog niet alles duidelijk is, staan de voornaamste principes al vast. Op het terrein zelf is er nog niets te bemerken. In december 2020 zou alles er nochtans helemaal anders komen uit te zien. Intussen heeft basisbereikbaarheid al héél wat vertraging opgelopen. Er wordt gefluisterd dat de minister van mobiliteit momenteel mikt op midden 2023. We schetsen je kort hoe de zaken ervoor staan!

BASISBEREIKBAARHEID

Basisbereikbaarheid vervangt het huidige decreet 'basismobiliteit'. Bij basismobiliteit vertrekt het openbaar vervoer van een aanbod voor iedereen. Vandaag wordt voor elk woongebied in Vlaanderen een aanbod voorzien (op max. 750 m), ongeacht de grootte van de vervoersvraag. Hierdoor rijdt de bus soms met een kleine bezetting of rijdt hij helemaal niet, omdat de bestemming geen woongebied is (bv. ziekenhuis of bedrijventerrein).

Basisbereikbaarheid vertrekt vanuit de werkelijke vraag, zodat middelen efficiënt ingezet worden: Het juiste voertuig op de juiste plaats op het juiste moment dus.

Zo kunnen we belangrijke maatschappelijke functies bereiken, op basis van een vraaggericht systeem en met een optimale inzet van vervoers- en financiële middelen.  Dit betekent dat weinig gebruikte bus- en tramlijnen zullen worden geschrapt en er geïnvesteerd wordt in drukke bus- en tramlijnen die stipter en frequenter rijden. Reizigers zullen zich mogelijks verder moeten verplaatsen naar de dichtstbijzijnde halte.

Binnen basisbereikbaarheid staat de term 'combimobiliteit' centraal: dat is reisgedrag waarbij je meerdere vervoersmiddelen met elkaar combineert om op je bestemming te geraken. Dit komt dus bijvoorbeeld neer op het overstappen van de fiets op de trein of rijden met de wagen tot aan een park-and-ride en vervolgens de tram of deelfiets nemen naar het stadscentrum. Het gebruik van de verschillende vervoersmiddelen (openbaar vervoer, fiets, auto, step, boot, vrachtwagen etc.) wordt in de toekomst beter op elkaar afgestemd en uitwisselbaar gemaakt. 

Basisbereikbaarheid is een budgetneutrale operatie, met een gesloten enveloppe van iets meer dan 750 miljoen euro. Dat lijkt veel, maar is het niet. Omdat er in het verleden al vaker bespaard werd op De Lijn, betekent het een uitdagende toekomstdroom met vrij beperkte middelen.

Basisbereikbaarheid is initieel ontstaan door de vraag naar een beter en efficiënter openbaar vervoer. Pas later in het denkproces werd dit uitgebreid tot een volledig nieuw mobiliteitsverhaal. 

15 VERVOERREGIO'S

Om dit alles te kunnen realiseren, krijgen de gemeenten en stedeneen grote rol. Gemeenten worden samen met de gewestelijke mobiliteitsspelers (Agentschap Wegen en Verkeer, De Lijn, De Vlaamse Waterweg en het Departement Mobiliteit en Openbare werken) NMBS, Infrabel, het Departement Omgeving (ruimtelijke ordening), de Mobiliteitscentrale Aangepast Vervoer en de provincie uitgenodigd om de mobiliteitsuitdagingen voor hun regio aan te pakken. Dit doen ze in de vervoerregioraad. Die wordt voorgezeten door een politieke vertegenwoordiger (uit de gemeenten) en door een voorzitter van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (Vlaanderen).

Vlaanderen wordt ingedeeld in 15 vervoerregio's: 

De vervoerregio gaat voor een gezamenlijke aanpak op alle mobiliteitsterreinen:

  • Samen bepalen ze de investeringsprioriteiten voor de fiets, de weg en de waterweg. 
  • Ze duiden de werkpunten aan voor betere verkeersveiligheid en doorstroming van de bus. 
  • En ze tekenen ook samen het openbaar vervoer uit, dat verder kan gaan dan enkel bussen en trams. Ook deelfietsen, deelauto's, openbaar vervoer-taxi's, buurtbussen, dorpsauto's... en mindermobielenvervoer zullen binnenkort hun rol vervullen binnen het openbaar vervoer. 

Vandaag gebeurt de afstemming van dit alles vaak naast elkaar en met weinig tot geen inspraak van de lokale besturen.

Uiteindelijk zal het werk in de vervoerregioraad resulteren in een geïntegreerd regionaal mobiliteitsplan per vervoerregio. Daar zit ook een openbaar vervoersplan in.

NIEUW OPENBAAR VERVOERSMODEL

Het nieuwe openbaarvervoernet zal bestaan uit vier lagen. Elke laag binnen het openbaar vervoer heeft een specifieke rol en de vervoerlagen worden optimaal op elkaar afgestemd.

  1. Het treinnet: Het treinnet is de ruggengraat van het openbaar vervoer in Vlaanderen. Een goede afstemming tussen Vlaanderen en de NMBS rond verbindingen, knooppunten en kwaliteitsvereisten is een vereiste.
  2. Het kernnet: Het kernnet is de vervoerslaag die inspeelt op de hoge vervoersvraag op grote mobiliteitsassen. Het is een netwerk van vast, lijngebonden openbaar vervoer. De bussen en trams van het kernnet rijden tussen de grote woonkernen en centraal gelegen attractiepolen zoals bijvoorbeeld scholen, sport- en recreatiecentra, ziekenhuizen en handelscentra. Het kernnet wordt afgestemd op het treinnet.  Dit vervoer zal uitgevoerd en uitgetekend worden door De Lijn (minstens tot eind 2023), net zoals het aanvullend net.
  3. Het aanvullend net: Het aanvullend net bestaat uit de bussen tussen kleinere steden en gemeenten. Het zorgt voor de aanvoer naar het kernnet en het treinnet. Ook het woon-werk-verkeer en het woon-schoolvervoer dat alleen tijdens de spitsuren bestaan, kunnen deel uitmaken van dit net. 
  4. Het vervoer op maat: Het vervoer op maat is de vervoerslaag die inspeelt op specifieke individuele mobiliteitsvragen van personen die geen toegang hebben tot de andere vervoerslagen wegens doelgroep (bv. mindermobiel), locatie (bv. landelijk gebied met weinig vervoersvragen) of tijdstip. Concreet gaat het om collectief aangeboden vervoer dat reizigers vervoert op afroep, bijvoorbeeld een openbaar vervoer-taxi of buurtbus. Ook het aanbod aan verschillende deelsystemen (deelfietsen, -auto's, -steps...) kan aangeboden worden en deel uitmaken van het vervoer op maat. Het vervoer op maat zal uitgevoerd worden door andere, lokale (al dan niet private) initiatieven.  Dus niet meer door De Lijn!

Netwerklaag

Wie bepaalt / coördineert?

Wie geeft advies?

Treinnet

Federaal

Vlaanderen

Kernnet

Vlaanderen

Vervoerregio

Aanvullend net

Vervoerregio

Gemeente / Vlaanderen

Vervoer op maat

Vervoerregio

Gemeente / Vlaanderen

HOPPINPUNT

Voor een vlotte overstap kan je terecht in een Hoppinpunt. Dit zijn de nieuwe haltes of knooppunten van verschillende, op elkaar afgestemde vervoersmogelijkheden. Alle haltes en vervoersmiddelen zullen in de toekomst wellicht uitgerust worden met dit logo.

Via de app, website of het callcenter van de mobiliteitscentrale zal je de route kunnen plannen, boeken en op termijn zelfs betalen door de aankoop van één geïntegreerd ticket voor alle vervoersmiddelen. Deze maand werd de uitbating van de mobiliteitscentrale toegekend aan het Amerikaans bedrijf ViaVan. Het zal nog even duren voor deze centrale klaar is om te functioneren.

Ook alle personen met een beperking of mindermobiele reizigers, die vandaag de Mobiliteitscentrale Aangepast Vervoer raadplegen, kunnen terecht bij de toekomstige mobiliteitscentrale. Zij kunnen een rit reserveren waarbij ze worden opgehaald aan de deur en vervoerd tot aan hun bestemming. De mindermobielencentrales of andere diensten die met vrijwilligers werken worden momenteel niet meegenomen in het vervoer op maat.

Wat verandert er voor jou?

  • Het aanbod aan mogelijkheden om je te verplaatsen zal er anders uit gaan zien. Er zullen veel meer vervoersaanbieders zijn dan De Lijn. De Lijn rijdt enkel nog op de grote lijnen.
  • Je zal voor jouw verplaatsingen vaker verschillende vervoersmiddelen moeten gebruiken en overstappen. Om bepaalde bussen te kunnen nemen zal je je bijvoorbeeld moeten verplaatsen met voor- en natransport zoals de fiets, een step of taxi, deelfiets...
  • Je zal je ook wellicht verder moeten verplaatsen naar een Hoppinpunt (halte).
  • Gebieden met een kleine vervoersvraag (bv. landelijk gebied) zullen in de toekomst bediend worden door het vervoer op maat (buurtbussen, openbaar vervoer-taxi's, deelfietsen, deelauto's of andere middelen). We weten nog niet hoe dat eruit zal komen te zien. Maar omdat de budgetten beperkt zijn (slechts 6 tot 9% van de totale middelen), vrezen we dat er her en der vervoerswoestijnen zullen ontstaan.
  • Je zal misschien geen gebruik meer kunnen maken van louter je 65+ abonnement van De Lijn. Een ticket voor de grote buslijnen zal overal hetzelfde kosten. Wellicht zal je daarvoor nog het abonnement kunnen gebruiken. De 15 vervoerregio’s mogen echter zelf hun tarievenbeleid bepalen voor het vervoer op maat. (Het vervoer dat je vaak tot die grote lijnen breng of terug naar huis..) Je zal niet overal hetzelfde betalen voor een ritje met een buurtbus, openbaar vervoer-taxi, deelfiets, deelauto of ander vervoer op maat. Wij vinden dat bijzonder jammer en onduidelijk voor reizigers. We vrezen ook voor hogere tarieven.
  • Vlaanderen zal een geïntegreerd ticketsysteem introduceren, waarbij je met één pasje (zoals de MOBIB-kaart nu), een app of ticket meerdere vervoersmiddelen kan gebruiken, zonder telkens een nieuw ticket te moeten kopen. Op dit moment ziet men vooral heil in het gebruik van digitale betaalmiddelen of apps op je smartphone. We verwachten dat Vlaanderen ook een oplossing heeft voor personen die niet digitaal mee zijn!
  • OKRA nam deel aan heel wat bevragingen van reizigers, die men de afgelopen jaren organiseerde. Afhankelijk van de vervoerregioraad is hier meer of minder rekening mee gehouden. We betreuren het nog steeds dat er niet overal op dezelfde open manier gepraat is met reizigers of informatie (bv. dienstregelingen) gedeeld.
  • Hoe alles er concreet uit komt te zien, kunnen we je nu nog niet vertellen. Heel wat vervoerregio’s zijn klaar met de openbaar vervoersplannen voor de grote lijnen. Maar wat het vervoer op maat zal brengen, is nog een groot vraagteken.
  • Wil je meer weten over wat er al geweten is in jouw gemeente? Klik dan op de link van de vervoerregio waar jouw gemeente of stad toebehoort. (Zie 15 vervoerregio’s.) Of ga eens ten rade bij jouw burgemeester, schepen van mobiliteit of mobiliteitsambtenaar. Zij zijn het beste op de hoogte van de toekomst van het vervoer bij jou in de buurt.

Maak jij je zorgen over het openbaar vervoer in jouw buurt? Laat ons dat weten. Samen met andere middenveldorganisaties, zoals vakbonden, mobiliteitsorganisaties en verenigingen, slaan we de handen in elkaar. We delen informatie met elkaar en kunnen, indien nodig, overgaan tot acties!